Terug naar Thuis

Zonneziel

_________________________________________________________________________________

Mijn favoriete sprookjes

Mijn favoriete sprookjes als kind waren De Rode Schoentjes, Het Meisje Met De Zwavelstokjes, de Kleine Zeemeermin en Het Lelijke Jonge Eendje.. Ik hààtte deze verhalen en juist daarom las ik ze steeds opnieuw. Ik begreep maar niet hoe het mogelijk was dat de van oorsprong prachtige, krachtige, wilde, vrouwelijke hoofdpersonen uit deze verhalen het voor elkaar kregen hun eigen levens zò te verzieken, tot op een ‘point of no return’. Was het hebzucht, uitputting, verwarring, liefde, naïviteit? Enkel met het jonge eendje liep het uiteindelijk ‘goed’ af, omdat haar schoonheid en waarde gelukkig net op tijd (h)erkend werden en dan nog niet eens door haarzelf!

Terug naar huis

Ja, ik héb iets met verweesde (innerlijke) kinderen, die oorspronkelijk sterk, onafhankelijk en mooi waren, maar op de één of andere manier zichzelf ergens kwijtraakten. Door zich afhankelijk te maken van iets of iemand anders, verstoten werden om hun ‘anders zijn’ of aan hun lot overgelaten en uiteindelijk dan maar (innerlijk) doodgingen of jammerlijk verdwaalden in donkere bossen, naargeestige kerkhoven of koude, vijandige steden.

Eindelijk lente

Ik ben natuurlijk zélf zo’n kind geweest. Maar een jaar geleden ‘zag’ ik tijdens een krachtige meditatie dat het dan eindelijk lente was en ik mij vroeg in de ochtend alleen bevond in een kleine, houten kano op een ovaalvormig meer in een bosrijk, weids landschap. De zon was groot, zacht en héél dichtbij. Ik voelde zijn licht en koesterende warmte. Ik stond rechtop met gesloten ogen. Ik voelde de zachte vingerstralen van de zon overal tegelijkertijd mijn huid aftasten. En langzaam begon de zon ‘in te dalen’ in mij. Zon en ik versmolten. Ik doorgloeide tot in elke cel en wist dat mijn ziel eindelijk weer thuis was en mijn lichaam terug bewoonde.

Als parelduikers

Zolangzamerhand kom ik op het punt, waarop ik niet enkel het (innerlijk) kind terug in het licht wil zetten, opdat het kan àdemen, bloeien en groeien, maar wil ik zo mogelijk àlle innerlijke schatten, als een parelduiker, samen met ‘de ander’ – in het moment – opdiepen en naar de oppervlakte brengen. Mensen weten vaak niet hoe mooi ze zijn, tot ze het ‘als bij verrassing’ ontdekken in bewuste interactie met iemand anders. Ook als mensen in de spiegel kijken, vervormt en veroordeelt hun brein vaak datgene wat ze (menen te) zien. Juist door de ongefilterde authenticiteit van het moment, onthult zich iemands schoonheid, waar men alléén vaak niet bij komt, niet registreert en niet (h)erkent van zichzelf.

Gezamelijke zon

Ook als journalist merk ik dat mijn interviews steeds meer evolueren richting een dialoog, waarin de Zon doorbreekt, zodra onze buitenste facades beginnen te smelten. Mijn interesse in ‘de ander’ is het vertrekpunt. Ik wil alles weten. Dan gaan wij – interviewer en geïnterviewde – geleidelijk aan, als parelduikers de diepte in. In mijn mooiste interviews tot nu toe, gebeurt er vervolgens iets wonderlijks…. We ‘vergeten’ het oorspronkelijke uitgangspunt, en zijn ineens gezamelijk ‘iets’ op het spoor. Een kern, een essentie, een samenvatting, een rode draad,… voorbìj het persoonlijke verhaal. Wij worden beiden verrast! Dit glinsterend en fonkelend stukje ‘Essentie’, dat plots spetterend in ons blikveld opduikt (en elk moment – bij focusverslapping – zò weer op kan lossen in het Niets), zo precies mogelijk proberen te vangen, te ‘vatten’ en te ‘verwoorden’ maakt het ‘interview’ uiteindelijk tot de parel waar we (meestal) éigenlijk naar op zoek waren, toen we het gesprek aanvingen. De bevestiging dat wij samen één Zon delen.

Laat een bericht achter